En hoewel Miguel nog steeds in voorlopige hechtenis zat, hing zijn schaduw nog steeds boven hen. De strijd was nog niet voorbij. En de waarheid ook niet.
Vier maanden later vond het eindproces plaats in de provinciale rechtbank van Madrid. De rechtszaal zat vol: journalisten, activisten en nieuwsgierige toeschouwers die graag wilden begrijpen hoe een man met zo’n goede reputatie jarenlang misbruik onopgemerkt had kunnen laten. Adriana getuigde, haar stem trilde aanvankelijk, maar ze klonk vastberaden toen ze de episodes van controle, isolatie en geweld beschreef. Audrey keek haar vanaf de eerste rij aan, met een mengeling van trots en woede.
De verdediging van Miguel probeerde haar in diskrediet te brengen door te suggereren dat ze overdreef voor financieel gewin. Maar bankdocumenten, de opname van die avond en de getuigenis van een buurman die bij verschillende gelegenheden geschreeuw had gehoord, weerlegden elk dergelijk argument. Helena werd op haar beurt beschuldigd van medeplichtigheid en belemmering van de rechtsgang.
Het vonnis volgde na twee lange uren beraad.
« Miguel Cárdenas, » zei de rechter, « wordt schuldig bevonden aan herhaald misbruik, mishandeling, dwang en schending van vertrouwen. Hij wordt veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf.
Helena krijgt drie jaar voor haar rol als medeplichtige. »
De lucht leek bevrijd van een immense last. Adriana huilde, maar dit keer niet van angst, maar van opluchting. Audrey omhelsde haar stevig.
« Je bent terug, dochter, » fluisterde ze.
In de maanden die volgden, herwon Adriana haar onafhankelijkheid volledig. Ze renoveerde het appartement, verving het meubilair en schilderde de muren in warme kleuren. Ze pakte zelfs een project weer op dat Miguel altijd had gesaboteerd: het begeleiden van jonge vrouwelijke wetenschappers in achterstandswijken.