2. Citroen voorbereiden
Rasp de schil van een halve citroen (alleen het gele deel – het witte gedeelte is bitter). Pers het sap van de hele citroen uit en zet apart. De citroen geeft de risotto een heldere, frisse ondertoon die perfect in balans is met de zoetheid van de garnalen.
3. Rijst roosteren
Smelt 20 g boter in een ruime pan of sauteerpan. Voeg de Carnaroli-rijst toe en roer continu zodat alle korrels met een dun laagje vet worden omhuld. Rooster de rijst 2-3 minuten tot de korrels licht glazig worden. Dit helpt de risotto straks zacht en romig te worden zonder aan structuur te verliezen.
Blus de rijst af met de witte wijn en laat de alcohol verdampen. Voeg daarna het citroensap toe en roer goed zodat de frisse tonen zich kunnen verspreiden.
