Het had de meest vreugdevolle dag van mijn leven moeten worden. Maandenlang had ik aan elk detail gewerkt, van de bloemstukken tot de afspeellijst, met de man met wie ik dacht dat ik eeuwig zou doorbrengen, Nathaniel Carter, en zijn familie, die ik hartelijk en gastvrij vond. De ceremonie vond plaats in een elegante balzaal in het centrum van Charlotte, met 204 gasten, waaronder vrienden, familieleden en collega’s. De lucht was vol opwinding, gelach en de geur van rozen. Ik dacht dat het perfect was. Ik had het mis.
Het eerste onprettige teken verscheen toen mijn moeder, Gloria Simmons, de feestzaal binnenkwam. Ze was altijd al een toonbeeld van kalmte geweest, maar die dag stonden haar schouders gespannen, had ze een flauwe glimlach en trilden haar handen lichtjes. Mijn instinct zei me dat er iets niet klopte, maar ik probeerde het te negeren. Het was tenslotte mijn trouwdag.
De echte ramp sloeg toe tijdens de toost op de receptie. Mijn toekomstige schoonvader, Howard Carter, bekend om zijn zogenaamde ‘humor’, stond op en hief zijn glas. De zaal werd stil van verwachting, in afwachting van een charmante toespraak. Maar zijn woorden waren allesbehalve charmant.
« Aan mijn toekomstige schoondochter, Annabelle, » begon hij scherp, « laten we hopen dat je niet de… excentrieke modegevoelens van je moeder erft. Het zou tragisch zijn als Nathaniel uiteindelijk met al die flair en onzin opgezadeld zou raken. »
Een golf van gelach verspreidde zich door de menigte. En tot mijn ongeloof lachte Nathaniel mee.
Ik keek naar mijn moeder en haar gezicht was bleek, haar ogen vulden zich met tranen. Ze had nooit de schijnwerpers opgezocht, nooit om aandacht gevraagd, en toch stond ze hier, vernederd voor honderden mensen. Mijn hart deed pijn. Elke lach van Nathaniel voelde als een mes dat dieper sneed.
Ik fluisterde zijn naam, in de hoop de man te bereiken die ik dacht te kennen, maar hij merkte het niet. Hij was te druk bezig met genieten van het schouwspel. Mijn handen trilden toen ik besefte dat ik dit niet langer kon negeren.
« Ik denk dat we hier moeten stoppen, » zei ik met een kalme stem, ondanks de wervelwind van woede en teleurstelling in me. Het werd stil in de kamer. Hoofden draaiden zich om, glazen vielen midden in de lucht stil en zelfs de band stopte met spelen. Nathaniel knipperde met zijn ogen, zich plotseling bewust van mijn blik, maar het was te laat.
« Ik kan niet met je trouwen, » vervolgde ik, met al mijn overtuiging. « Niet als je mijn moeder uitlacht. Niet als je familie de persoon die me heeft opgevoed in het bijzijn van iedereen respectloos behandelt. Ik blaas deze bruiloft af. »
De zaal verstijfde. Het ongelovige gemompel was voelbaar. Nathaniels zelfverzekerde glimlach vervaagde en maakte plaats voor schrik. Howards mond viel open en zelfs de gasten leken verbijsterd, onzeker over hoe ze moesten reageren op zo’n brutale weerstand.