Onderweg stopte Vivien bij een tankstation. Ze kwam terug met koffie, een broodje… en een map. Binnen, vastgoeddocumenten: een appartement in Clearwater, twee slaapkamers, uitzicht op zee, volledig gemeubileerd. Daarna een bankafschrift. Vijf miljoen dollar.
« Het is van jou, » zei ze kalm. « Het appartement, het geld. In jouw naam. Al heel lang. »
Ik kon de woorden niet vinden. De cijfers waren te groot, te onwerkelijk. Ze reed verder alsof ze me net het weer had verteld.
Een paar uur later opende ze de deur van het appartement. Het licht, de geur van nieuw, de zee zover het oog reikt. Ik bleef lange tijd op het balkon luisteren naar de golven. Vivien vertelde me simpelweg:
« Je bent hier niet uitgenodigd. Je bent thuis. »
Ze had al contact opgenomen met een advocaat. Wettelijke bescherming, financiële sloten. Niets kon worden genomen zonder mijn toestemming. Voor het eerst in jaren vroeg iemand me niet om te verdragen, maar om volledig te bestaan.
Enkele dagen later organiseerde ze een kleine receptie in de residentie. Buren, simpele glimlachen. Ik had niets uit te leggen. Ik was erbij, en dat was genoeg.
Die avond probeerden mijn zoon en zijn vrouw binnen te komen. Glimlachen aan de oppervlakte, een zelfverzekerde blik. Vivien hield hen tegen. Ze vertrokken zonder een woord. Ze wilden zien wat ze nog meer konden krijgen. Ze zagen dat ik niet meer was waar ze me hadden achtergelaten.
Die avond opende ik een notitieboekje en schreef een zin:
« Wat ze van me hebben afgenomen, zullen ze moeten teruggeven. »
Niet uit wraak. Om eerlijk te zijn.
Er volgden pogingen: vermomde documenten, zogenaamd welwillende bezoeken, cadeaus, valse bezorgdheden. Ze wilden toegang, controle, onder het mom van hulp. Ik schreef alles op, nam alles op. Elk woord, elke stap.
Toen ze probeerden mij er ongeschikt uit te laten zien, onderging ik vrijwillig volledige medische onderzoeken. Onberispelijke resultaten. Ik heb ze het dossier gestuurd, zonder commentaar.
Toen gingen ze te veel over: vervalste documenten, mijn handtekening geïmiteerd, frauduleuze stappen om in beslag te nemen wat ik beschermde. Deze keer heeft het rechtssysteem gesproken. Het bewijs was er, duidelijk, onweerlegbaar.
De rechter wees hun verzoeken af. Er is een strafrechtelijke aangifte ingediend. Voor het eerst werd ik niet genegeerd. Ik werd gehoord.