Voor de taartbodem:
1 1/4 kopje. Van bloem voor alledaags gebruik
1/2 theelepel zout
1/2 kop. Ongezouten boter, gekoeld en in blokjes gesneden
3-4 eetlepels ijswater
Voor de vulling:
1/2 kopje ongezouten boter, gesmolten en iets afgekoeld
1 1/2 kopje. Poedersuiker
3 eetlepels van bloem voor doeleinden
3 grote eieren, geklopt
1 kopje karnemelk
1 theelepel pure vanille-extract
1 eetlepel citroensap
1 eetlepel citroenrasp (optioneel)
VOORBEREIDING:
Om de taartbodem te maken:
1 – Klop bloem en zout samen in een grote kom. Voeg de koude blokjes boter toe. Snijd de boter met een deeguitsnijder of je vingers in de bloem totdat het mengsel eruitziet als grove kruimels.
2 – Meng het koude water geleidelijk, lepel voor lepel, tot het deeg samenkomt. Wees voorzichtig dat je het deeg niet te veel bewerkt. Zet het minstens 30 minuten in de koelkast nadat je er een schijf van hebt gemaakt.
3 – Rol het gekoelde deeg uit op een licht bemeelde ondergrond zodat het past bij een taartvorm van 23 cm. Beweeg het deeg voorzichtig naar de taartvorm en druk het naar de bodem en langs de zijkanten. Snijd het overtollige deeg dat over de zijkanten hangt af.
Om de vulling te maken: