Voeg vervolgens langzaam het eimengsel toe aan de droge ingrediënten en meng tot een egaal, licht dik beslag ontstaat. Roer daarna de geraspte appel erdoorheen. De appel zal het beslag iets vochtiger maken en een natuurlijke zoetheid en sappigheid toevoegen.
2. Verwarm de pan
Vet een antiaanbakpan licht in met een klein beetje kokosolie of boter. Laat de pan op middelhoog vuur goed warm worden. Een goed opgewarmde pan zorgt ervoor dat de pannenkoeken gelijkmatig kleuren en niet blijven kleven.
3. Bak de pannenkoeken
Schep een lepel beslag in de pan en laat het uitvloeien tot een compacte pannenkoek. Bak de pannenkoek ongeveer 2–3 minuten totdat er kleine belletjes aan het oppervlak verschijnen en de randen stevig worden. Draai de pannenkoek voorzichtig om en bak de andere kant nog eens 2 minuten, tot hij mooi goudbruin en doorbakken is.
Herhaal dit proces tot al het beslag opgebruikt is. Indien de pannen te snel donker worden, verlaag dan het vuur iets om te voorkomen dat de buitenkant te snel kleurt terwijl de binnenkant nog zacht is.