Om stipt zeven uur loop ik door de poorten van de Edwards-basis. De sneeuw veegde het pad mee in een bijtende wind. Binnen in het commandogebouw bezette een groep officieren nog steeds de briefingruimte alsof die van hen was.
Een van hen, commandant Kent, wees naar een stoel tegen de muur. « Personeelsvergadering, » zei hij met een neerbuigende glimlach.
Ik stapte naar voren, deed mijn handschoenen uit en legde mijn handen op de tafel. « Ik ben kolonel Ava Reynolds. Ik neem vanaf vanmorgen officieel het commando over deze basis op me. Er viel stilte, zwaar en definitief.
Uiterlijk veranderd. De stoelen schraapten over de vloer. Kent werd bleek. Ik nam plaats aan het hoofd van de tafel. « Nostalgie laat vliegtuigen niet vliegen. Alleen discipline staat het toe. Niemand protesteerde. De eerste les was net gegeven.
De dagen daarna onthulden een basis die bevroren was in gevaarlijke gewoonten: genegeerde procedures, mislukte besturing, beslissingen genomen « zoals voorheen ». En daarachter de schaduw van mijn vader, een gerespecteerde voormalige commandant, wiens portret nog steeds in de gang stond.
Toen kwam het incident. Een trainingsmissie werd onderbroken midden in een sneeuwstorm in de Sierra Nevada. Zeven mensen aan boord. Terwijl ik de gegevens analyseerde, begreep ik: er was een bevel gegeven om vroeg af te dalen, zonder toestemming. Door Kent.
« Je vader zou het goedgekeurd hebben, » durfde hij te zeggen. « Hij hechtte veel waarde aan moed. »
Ik antwoordde kalm: « Moed zonder voorzichtigheid heet bewusteloosheid. »
Toen het commando weigerde hulp te sturen vanwege het weer, besloot ik zelf op te stijgen. De storm woedde, de lucht was blind, maar ik kende deze bergen. We vonden ze, half begraven onder de sneeuw.
Kent raakte gewond. Toen ik hem eruit trok, keek ik hem aan. « Je bent gekomen, » fluisterde hij, ongelovig.
« De volgende keer dat je de bevelen van een vrouw in twijfel trekt, zorg er dan voor dat zij niet degene is die je leven redt, » antwoordde ik.