Zijn woorden deden mijn keel weer dichtknijpen – dit keer met iets warms in plaats van iets pijnlijks. Marcus knikte instemmend. « Bel de volgende keer gewoon. We zijn er sneller. »
Ik lachte zachtjes. « Dat geloof ik. »
De rest van de avond kwamen we met z’n vieren niet meer terug naar het evenement. In plaats daarvan zochten we een rustig café op, bestelden warme broodjes en praatten – echt gepraat. Over grenzen, over steun, over hoe familie – echte familie – zich weerspiegelt in daden, niet in achternamen.
Tegen de tijd dat we thuiskwamen, voelde ik me stabieler. Niet alleen beschermd, maar ook gewaardeerd. Gezien. Gerespecteerd.
En misschien is dat wel waarom ik dit nu deel: omdat soms één moment van wreedheid de mensen laat zien die echt achter je staan.
En hoe zit het met jou? Heb jij ooit een moment meegemaakt waarop je besefte wie er echt aan jouw kant stond? Ik ben benieuwd naar je mening.