Op verzoek van generaal Stone lichtte Elena kort de actie toe die haar deze onderscheiding had opgeleverd: een gecoördineerde aanval op een vooruitgeschoven operationele basis in Helmand, waarbij twaalf zwaargewonden vielen, en een georganiseerde evacuatie onder vuur na de dood van de commandant. Ze vertelde over deze gebeurtenissen met de kalmte van iemand die had geleerd emotie en daad van elkaar te scheiden.
De vragen volgden elkaar in rap tempo op: haar overgang naar het burgerleven, haar medische hervorming, haar verwondingen – hoofdletsel, chronische pijn, posttraumatische stressstoornis. Elena antwoordde direct, gebruikmakend van het administratieve jargon waardoor ze kon spreken zonder al te veel prijs te geven.
De conclusie was onontkoombaar: Fort Meridian zette een gedecoreerde heldin, een ervaren gevechtsverpleegster en bewezen leider, in op een positie waarin geen van haar belangrijkste vaardigheden tot hun recht kwam.
Generaal Blackwood stond eindelijk op. « Kolonel Hartley, ik wil een volledige inventarisatie van de burgerfuncties op deze basis. We moeten weten hoeveel gekwalificeerde veteranen onderbetaald werk hebben. »
Drie dagen later zat Elena bij zonsopgang in het kantoor van kolonel Hartley. Voor hem lagen stapels dossiers die al een verontrustende realiteit onthulden: minstens twaalf andere veteranen met grotendeels onbenutte vaardigheden.
Toen Elena die ochtend gebouw 47 binnenstapte, had ze geen idee dat haar anonimiteit verbroken zou worden. Maar de kleine, discrete en stille zilveren ster herinnerde iedereen aan een essentiële waarheid: achter zichtbare rollen schuilen soms levensverhalen waar niemand de tijd voor heeft genomen om naar te kijken.