De zaak begint met een beschuldiging die even bruut als onrechtvaardig is. Een jong zwart meisje, Sarah, wordt publiekelijk een leugenaar genoemd wanneer ze beweert te zijn aangevallen door een klasgenoot. Erger nog, zijn woorden werden onmiddellijk weerlegd door een gerespecteerde lerares, Emily Sanders, die zijn getuigenis en familiegeschiedenis in twijfel trok.
Het klimaat is gespannen. Er valt stilte in de kamer wanneer blijkt dat Sarah’s vader niet onbekend is: hij is verbonden aan het leger. Maar niemand verwacht wat er hierna zal komen.
Tegen alle verwachtingen in onthult een satellietbeeld, afkomstig van een onafhankelijk onderzoek, een belastend element: Emily Sanders was direct getuige van de aanval gepleegd door een student, Preston Bradford, en deed niets om het te voorkomen. Erger nog, de beelden tonen een zelfgenoegzame houding die haar medeplichtig maakt aan de feiten.
De zaak krijgt een geheel nieuwe dimensie wanneer kolonel David Reynolds ingrijpt. Geconfronteerd met het bewijs gaf hij opdracht tot onmiddellijke arrestatie van de leraar wegens niet-medeplichtigheid en medeplichtigheid.
De situatie werd verder bemoeilijkt door de komst van senator Michael Bradford, de vader van Preston. Hij eiste de vrijlating van zijn zoon en probeerde zijn politieke invloed te gebruiken. Maar kolonel Reynolds blijft onvervuld: de jongen heeft een ernstig misdrijf gepleegd en het slachtoffer wordt gelinkt aan het leger, wat de zaak onder speciale aandacht brengt.
Ondanks druk, intimidatie en pogingen tot financiële onderhandelingen weigerde Reynolds een compromis te sluiten. Hij bevestigt publiekelijk dat eer, verantwoordelijkheid en rechtvaardigheid niet onderhandelbaar zijn.