In het kantoor van Thomas Reed ontdekte ik de waarheid. Eleanor had in het geheim een familietrust opgericht. Al onze bezittingen, het huis, de spaargelden, de investeringen, alles was daar neergezet. Ik was de enige beheerder. Mijn zoon was een begunstigde, maar onder strikte voorwaarden.
Eleanor had uitbuiting, manipulatie, verraad verwacht.
Elke opname die Melissa deed was fraude. Elke gestolen dollar versterkte de zaak tegen haar.
Ik wachtte. Ik liet Melissa geloven dat ze aan het winnen was. Tot de dag dat ze probeerde me een eigendomsoverdracht van het huis te laten tekenen.
Ik heb het ondertekend.
De aanbetaling werd geweigerd. De poging werd aan de autoriteiten gemeld.
Het onderzoek is geopend. De rekeningen zijn bevroren. Daniel en Melissa ontvingen een uitzettingsbevel.
Op de dag dat de politie kwam, zakte mijn zoon voor mijn ogen in elkaar. Hij knielde neer, huilend. Hij bood zijn excuses aan.
Ik heb niets gezegd. Stilte was noodzakelijk.
Melissa werd enkele weken later gearresteerd wegens het uitbuiten van een oudere persoon en fraude. Het onderzoek wees uit dat het geld werd gebruikt om de gokschulden van zijn moeder te dekken. Dit verontschuldigde niets, maar verklaarde de urgentie en paniek.
Ik weigerde elke persoonlijke vergoeding. Ik vroeg of het teruggevonden geld gebruikt zou worden om de behandeling van zijn moeder te financieren.
Mijn zoon werkte samen met het rechtssysteem. Hij kwam me opzoeken. Hij vertelde me alles: het ongeluk dat vijf jaar eerder was gebeurd, de ontsnapping, het schuldgevoel, Melissa’s chantage.
Eleanor wist het. Ze had ook een brief voor hem geschreven. Een brief die hij alleen las als hij klaar was om de waarheid onder ogen te zien.
Vandaag bouwen Daniel en ik langzaam weer op wat verwoest is. Eén ochtend tegelijk. Eén simpel gebaar tegelijk.
Elke dag geven we de lelies water die Eleanor samen heeft geplant.
Ik dacht dat ze het over bloemen had toen ze zei dat ze dagelijkse aandacht nodig hadden.
Ik begrijp nu dat ze het over ons had.