De stilte die volgde was ongelovig.
De generaal schudde de hand van Marcus.
« We hebben je teleurgesteld. En dat gaan we oplossen. »
Kapitein Brennan werd onmiddellijk van zijn taken ontheven.
Marcus werd naar de mess gebracht. Een echte maaltijd. Heet. Overvloedig. Hij at langzaam, als een man die honger herinnert.
De volgende dag kreeg hij een functie aangeboden: senior consultant voor de restauratie van historische voertuigen. Een salaris. Een thuis. Zorg. En bovenal een missie: doorgaan.
Hij accepteerde.
Twee dagen later, tijdens de ceremonie, liet de generaal hem opstaan voor duizenden mensen.
« Deze man heeft deze tank twee keer gered. En toen hij ons nodig had, zagen we hem niet. Vandaag gaat het beter. »
De veteranen scandeerden zijn oude bijnaam.
IJshard.
Een oude man kwam huilend dichterbij.
« Jij was het. In 1991. Je hebt ons gered. Ik heb kleinkinderen dankzij jou. »
Marcus omhelsde haar zonder een woord.
Zes maanden later gaf hij wekelijks les. Hij herstelde vergeten tanks. Hij sliep in zijn eigen bed.
Op een plank stond een roestige koevoet, gemonteerd op een houten plank.
Geen trofee.
Een herinnering.
Dat geen mens ooit onherstelbaar is. Dat het soms genoeg is dat één persoon luistert. En laten we je laten zien waartoe je nog in staat bent te zijn.