3. Meng met melk
Voeg de melk geleidelijk toe aan het droge mengsel en klop tot het beslag glad en klontvrij is. De consistentie hoort licht vloeibaar te zijn, zodat het beslag zich makkelijk verdeelt in het wafelijzer.
4. Voeg de gesmolten boter toe
Roer de gesmolten boter door het beslag. Dit maakt de wafels extra mals vanbinnen, terwijl de buitenkant heerlijk krokant bakt. Blijf kloppen tot het geheel mooi egaal is.
5. Wafels bakken
Verhit het wafelijzer voor. Vet het ijzer voor de eerste wafel licht in met een beetje boter; dit voorkomt plakken en zorgt voor een gelijkmatig bakoppervlak. Bak de wafels totdat ze stevig zijn en een diepe, goudbruine chocoladekleur hebben. Afhankelijk van je wafelijzer duurt dit meestal enkele minuten per wafel.
Laat de wafels even uitdampen op een rooster om krokant te blijven, vooral belangrijk voor het behoud van structuur voordat je de toppings toevoegt.